Maiszaad
Jaarlijks stellen we een snij- en korrelmais rassenpakket samen. Hierin zijn succesvolle gevestigde en nieuwe toprassen opgenomen. De ruwvoerteler vindt er voor ieder teeltdoel het geschikte maïsras. We selecteren de rassen op basis van de cijfers uit de CSAR maïsrassenlijst, resultaten uit eigen proeven en onze jarenlange praktijkervaring. Daarbij kijken we onder andere naar kwaliteit, opbrengst, vroeg of laat zaaitijdstip en zetmeelgehalte.
Rassenkeuze
Een geschikt maïsras kiezen is één. Maar er zijn meer factoren die medebepalen wat de voederwaarde en de opbrengst is van je oogst. Je bodem gezond houden bijvoorbeeld en de juiste bemesting is minstens zo belangrijk. Zo is het bijvoorbeeld voor maïs heel belangrijk dat het voldoende zink krijgt. Zink controleert de productie van planthormonen die de wortelgroei stimuleren. Op zandgronden is zink niet tot nauwelijks beschikbaar in de bodem. Bijbemesten met fosfaat is dan cruciaal.
Zaaidichtheid
Ook de zaaidichtheid speelt een belangrijke rol in de kwaliteit en opbrengst van de maïs. Wat is de optimale zaaidichtheid? Dat hangt sterk af van het zaaitijdstip. Wordt er voor of na 1 mei gezaaid? Een andere factor die van invloed is op de zaaidichtheid, is het teeltdoel van de mais (korrel- of snijmais). Zo wordt korrelmais dunner gezaaid dan snijmais. Tot slot moeten kortere en minder bladrijke rassen dikker gezaaid worden dan langere, massale rassen.